“Ik zei stop. Je moet naar mijn grenzen luisteren.” Het is een zinnetje dat ik hier de laatste tijd regelmatig hoor tussen de twee meisjes. Dat komt natuurlijk niet uit het niets.
Ik vind het leren respecteren van andermans grenzen heel belangrijk. Maar dan moeten er natuurlijk ook grenzen aangegeven worden. Het is een leerproces waar we vaak over spreken. Hoe stop ook echt stop betekent en je daar altijd naar moet luisteren. Ook als het lijkt alsof de ander het eigenlijk wel leuk vindt (zoals met kietelen bv.). Dat het altijd geldig is, ook als diegene die stop zegt een grote mens is (als ze in mijn rug proberen te springen bv.). En dat stop heel duidelijk is, maar dat “ik wil dat niet” of “nee” hetzelfde betekent en je dan ook onmiddellijk moet reageren.
Zoals dat gaat met een leerproces lukt dat niet altijd even goed. Zowel het luisteren naar als het aangeven van grenzen heeft nog oefening nodig. In situaties waarin één van beide niet lukt, help ik door aan te geven dat ze duidelijk stop moeten zeggen. Dat zeuren niet zo duidelijk is. Of ik help ze om te stoppen en de grens te respecteren. Soms door dat enkel te zeggen – dat ze de grens moeten respecteren – maar soms ook door fysiek in te grijpen als het hen zelf niet lukt.
Dat leerproces geldt niet enkel voor mijn kinderen trouwens. Ook ik heb daar een rol in te vervullen. Ik mag mijn grenzen ook duidelijk aangeven. Ik moet niet alles leuk vinden, toelaten of onmiddellijk doen. Maar ik heb ook te luisteren als zij een grens aangeven en mag daar niet over gaan. Alleen zo kunnen zij het zelf ook leren en ervaren. Het is niet omdat ik groter en/of sterker ben dat ik die grens mag negeren. Zelfs een kleine of onbeduidende grens niet. Stop tijdens het haren kammen betekent stop. Stop tijdens het knuffelen betekent stop.
En ook, als ze hun grens naar iemand anders toe nog niet durven aangeven, is het aan mij om dat te doen. Hoe moeilijk ik dat zelf ook vind. Ik heb het deze week nog mogen ervaren. Het was met een heftig kloppend hart, maar ik deed het toch. Om voor haar op te komen. Haar te laten zien dat grenzen nodig zijn. Want het is niet omdat de meisjes dat hier thuis voor een groot deel van de tijd kunnen, dat ze dat ook buitenshuis doen. Ook dat is een leerproces: eerst in een situatie die van zichzelf veilig is (thuis, met een gezinslid), daarna met vrienden en familie (liefst in bijzijn van mij of hun papa) en dan pas bij iemand (redelijk) onbekend. Je kan je dus wel voorstellen dat ik zo, met mijn meisjes alleen al, een tijdje onderweg ben, vooral om die grenzen aan te geven.
Ik hoop dat er, samen met mij, meer en meer ouders dit hun kind gaan aanleren. Er aandacht voor gaan hebben. En de leerkrachten liefst ook. Want op dit moment zijn er zoveel situaties waarin een kind zich onveilig kan voelen en geen stop durft te zeggen of het wel doet, maar er niet naar geluisterd wordt.
Dus een kleine oproep om met je kind dit leerproces van grenzen aangeven en grenzen respecteren aan te gaan. Om de wereld een klein beetje veiliger en mooier te maken. Wat denk je?